Muziek in de dance halls
Door de urbanisatie van de negentiende eeuw ontstond er een nostalgie naar de volksmuziek en een muzikale folklore in de steden. Zo werd volksmuziek uit de rurale gebieden aangepast en gespeeld in de steden. Maar dit bleef niet bij Nederlandse volksmuziek, ook buitenlandse volksmuziek werd gespeeld in de steden. Zo won de Argentijnse en Amerikaanse tango aan het begin van de twintigste eeuw sterk in populariteit, ondanks de bezwaren van dansleraren en hogere, preutsere groepen in de samenleving die de dans niet degelijk genoeg vonden. De tango werd in eerste instantie populair bij een deel van de elite, maar met de opening van het Amerikaansch danspaviljoen in Rotterdam werd de tango door alle verschillende klassen in Rotterdam gedanst. Ondanks de populariteit mocht er geen tweede paviljoen in Amsterdam geopend worden van de gemeente.